Biologische gewasbescherming

Biologische gewasbescherming komt op. In veel opzichten zijn biologische middelen beter dan chemische. In het algemeen zijn ze niet erg gevaarlijk voor de menselijke gezondheid en het milieu. Hoewel niet altijd helemaal zonder gevaar. En soms beschermen ze het gewas minder goed dan chemicaliën. Het veld is wel in snelle ontwikkeling.

biologische gewasbescherminng
Duurzame landbouw. Foto: Dm06851, Wikimedia Commons.

Biologische gewasbescherming groeit sneller dan traditionele gewasbescherming. In 2018 werd de wereldmarkt voor biologische middelen geschat op $ 3 miljard, met een verwachte groei van 15% per jaar, de komende tien jaar. De markt voor chemische gewasbescherming werd geschat op $ 55,73 miljard in 2019 (dus 18 keer zo groot), met een verwachte groei van 4,5% per jaar. Biologische middelen groeien dus drie keer zo snel als chemische gewasbescherming. Dor ‘strengere wetgeving rond gewasbescherming, mensen die zich bewust worden van de gevaren van chemische middelen en de noodzaak tot het ontwikkelen van nieuwe wegen,’ volgens biocomm.eu.

Voordelen van biologische gewasbescherming

Biologische bescherming kan net zo goed zijn als chemische, en zij heeft voordelen. Deze middelen kunnen korter voor de oogst worden gebruikt, in het algemeen zijn ze biologische afbreekbaar, ze laten weinig (of geen) resten achter, en ze zijn vaak goedkoper en beter te registreren. Biotalys, een van de bedrijven op dit gebied, zegt ‘dat biologische gewasbeschermingsmiddelen beter te reguleren zijn, dit scheelt drie jaar in de goedkeuringstijd, en brengt dus minder kosten met zich mee dan het ontwikkelen van chemische middelen.’

Soms bestaan deze middelen uit micro-organismen die de ziekteverwekkende organismen aanvallen (bacteriën, virussen of schimmels). Of ze kunnen stoffen bevatten die door deze ‘goede’ organismen worden gemaakt, met hetzelfde effect. Biocomm.eu rangschikt de middelen voor biologische gewasbescherming in drie groepen, naar hun werking: bioherbiciden, bio-insecticiden en bionematiciden, en biofungiciden.

Bioherbiciden

Deze middelen tegen onkruid pakken enzymen aan, en zorgen ervoor dat ze niet goed werken. Ze voorkomen bijvoorbeeld de biosynthese van onderdelen van de plant, zoals vetzuren. Of ze verstoren metabole processen die de plant nodig heeft, zoals fotosynthese. Veel van deze werkingen zijn onschadelijk voor dieren. Maar er zijn ook stoffen bij die niet onschadelijk zijn; die bijvoorbeeld de ademhaling verstoren van zoogdieren, insecten en micro-organismen. In dat geval kan er een aanzienlijk milieueffect zijn. Er bestaat steeds meer belangstelling voor onderzoek naar zulke effecten.

Bio-insecticiden

Bio-insecticiden kunnen bestaan uit micro-organismen (zoals B.thuringiensis) die insecten of nematoden infecteren. Of ze bestaan uit natuurlijke stoffen met anti-insectenwerking, gehaald uit zulke micro-organismen, planten of dieren. Planten maken zulke stoffen bijvoorbeeld aan als verdediging tegen vraat. In het algemeen werken bio-insecticiden heel precies tegen bepaalde insecten. Maar er zijn ook processen die zoogdieren en insecten gemeen hebben. Zulke insecticiden werken niet specifiek en moeten voorzichtig worden behandeld.

Biofungiciden

Deze stoffen houden schimmels in toom die schadelijk zijn voor planten. Ze werken direct op de schimmel of zetten de plant aan tot zelfverdediging, door deze aan te zetten tot het aanmaken van secundaire stoffen. Ook deze laatste zijn niet altijd onschadelijk.

Voor al deze middelen geldt dat ze niet vanzelfsprekend onschadelijk zijn. Toch vindt Robyn Kneen, hoofd biologische wetgevingszaken bij Bayer, dat biologische gewasbescherming een essentieel onderdeel is van duurzame landbouw. ‘Ze werken op verschillende manieren. Veel middelen voor biologische gewasbescherming lijken net zo goed te werken as chemische producten, vooral wanneer de dreiging van ziektes laag tot matig is.’

Biotalys

Het Begische bedrijf Biotalys, actief op dit gebied, beschouwt zich interessant genoeg niet als bezig met ‘gewasbescherming’ maar eerder met ‘voedselbescherming’. ‘Wij willen de landbouw niet radicaal veranderen,’ zegt algemeen directeur Patrice Sellès tegen Biofuels Digest, ‘maar deze omvormen om overal waar mogelijk een overgang te bieden naar duurzame oplossingen.’ Dus Biotalys zou overal in de voedselketen actief kunnen zijn, waar er maar een dreiging is van voedselverspilling.

En er is veel voedselverspilling op de wereld. In totaal voor 1.550 miljoen ton per jaar. Waarvan 500 miljoen ton bij de productie, 350 miljoen ton bij op- en overslag, 160 miljoen ton bij verwerking en verpakking, 200 miljoen ton bij verkoop en distributie, en 340 miljoen ton bij de consumptie. Met een totale waarde van $ 1.200 miljard. Verantwoordelijk voor 8% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Dus hoe we ook tegen het probleem aankijken – vanuit honger, economisch verlies of klimaat – er is een ernstige reden om het aan te pakken. Biotalys wil twee vliegen in één klap slaan: voedselverspilling verminderen, en minder chemicaliën gebruiken in de voedselketen zodat deze verduurzaamt.

Levende natuur

Het bedrijf is opgericht in 2013 en is gevestigd in België. Met sinds kort ook een Amerikaans hoofdkantoor in Noord Carolina. Het maakt eiwitproducten uit natuurlijke eiwitten, en gaat voedselverspilling tegen. Ze doen dit vanuit het perspectief van de levende natuur. Met biocontoles om een veiliger en meer duurzame voedselketen voor elkaar te krijgen.

meeldauw
Meeldauw op begonia. Foto: Kittykittymaomao, Wikimedia Commons.

De werkpaarden van Biotalys zijn genetisch aangepaste micro-organismen die eiwitten maken uit stoffen als groene methanol en suikers. Hun eerste product, een biologisch fungicide, bestrijdt meeldauw en botrytis-schimmel op aardbeien. Het is ook succesvol uitgeprobeerd op druiven, en lijkt het goed te doen op tomaten. Ze zullen hun eerste product lanceren in Florida in 2022. Ze hebben 150 veldtesten gedaan, over de hele wereld; van Californië tot Oregon, Florida, Frankrijk, Spanje, Italië, Zuid-Afrika, Japan en meer – zo ongeveer overal behalve in Australië, zegt Sellès.

Minder residuen op voedsel

In 2020 kreeg Biotalys € 1,1 miljoen van de Vlaamse onderzoeksorganisatie VLAIO, om de ontwikkeling van nieuwe biologische bestrijdingsmiddelen op basis van eiwitten te ondersteunen. Volgens Sellès is hun doel ‘het vervangen van de gebruikelijke chemicaliën, minder residuen op voedsel te krijgen, en toch betrouwbare kwaliteit te leveren. Wij hopen steeds meer chemicaliën te vervangen door veilige middelen, die biodiversiteit en voedselbescherming bieden, en die dichter bij de consumptiedatum kunnen worden toegepast.’

Interessant? Lees dan ook:
Diversiteit is sleutel tot nieuwe landbouw, zegt Louise Vet
Kringlooplandbouw, het toekomstmodel
Duurzame landbouw: een paar ontwikkelingspaden

(Visited 59 times, 1 visits today)

Plaats een reactie