De biobased society in het regeerakkoord

Circulaire economie
Het kabinet streeft naar een circulaire economie

De biobased society staat in de kijker van het regeerakkoord van VVD en PvdA. Een groene groeistrategie en de plaats van de biobased economy daarin worden uitgebreid genoemd. Verder is er veel aandacht voor duurzaamheid en energie, en voor het topsectorenbeleid onder de titel ‘Duurzaam groeien en vernieuwen’. Wij geven de belangrijkste passages uit het akkoord op deze gebieden.

Biobased economy
•    We kiezen voor een realistische, ambitieuze groene groeistrategie, waarin ruimte en zekerheid verankerd worden. Ons land heeft alles in huis om een betekenisvolle bijdrage te leveren aan de snelle ontwikkeling van nieuwe energiebronnen als zon, wind, biomassa en geothermie: hoogwaardige chemie, een innovatieve agrarische sector, grote havens en een sterke energiesector. Die ontwikkeling is noodzakelijk vanuit het perspectief van klimaatverandering en eindige grondstoffen en is tevens een uitdaging voor innovatieve ondernemingen. Een groot aantal veelbelovende ‘biobased’ initiatieven is de laatste jaren al tot stand gekomen. Deze ‘biobased economy’ kan een van de pijlers vormen voor groene groei. We willen – met een breed draagvlak in parlement en samenleving – een stabiel en ambitieus beleid voor de lange termijn neerzetten. In internationaal verband zal getracht worden daar zoveel mogelijk landen bij te betrekken, ook om zo de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven te vergroten.
•    Biomassa moet zo hoogwaardig mogelijk worden ingezet (‘cascadering’) en de duurzame productie en herkomst van biomassa gegarandeerd.
•    Het kabinet streeft naar een circulaire economie en wil de (Europese) markt voor duurzame grondstoffen en hergebruik van schaarse materialen stimuleren.
•    De agrarische sector is een belangrijke economische motor. Nederland is de tweede exporteur van agrarische producten ter wereld. Boeren en tuinders verdienen dus de ruimte om te ondernemen en een fatsoenlijke beloning voor hun bijdragen aan het cultuurlandschap en de natuur.

Duurzaamheid en energie
•    Nederland zet in op een ambitieus internationaal klimaatbeleid. Nieuwe internationale doelstellingen voor de jaren 2020, 2030 en verder moeten technologische vooruitgang aanjagen en ecologisch evenwicht voor de toekomst veilig stellen. Wij streven internationaal naar een volledig duurzame energievoorziening in 2050.
•    We kiezen voor een aandeel duurzame energie in 2020 van 16 procent. Om innovatie te stimuleren, wordt een optimale mix ingezet van subsidies (SDE+) en mogelijk ook de leveranciersverplichting en bijmengverplichtingen. De concurrentiepositie van de energie-intensieve sectoren en de werkgelegenheidseffecten worden daarbij in het oog gehouden. Voor de aan het eind van deze kabinetsperiode optredende lastenverzwaring komt een compensatie. In 2016 wordt de voortgang beoordeeld en over het vervolg besloten.
•    Energiebesparing krijgt prioriteit. De aanpak van de Green Deals wordt uitgebreid met ten minste een besparingsdeal met energiebedrijven en woningbouwcorporaties voor een versnelling in het verduurzamen van de bestaande woningen. Ook voor kantoren, scholen en andere gebouwen wordt energiebesparing via energiebedrijven op deze wijze bevorderd. Het kabinet zal dit ondersteunen door waar mogelijk belemmeringen in wet- en regelgeving weg te nemen.
•    Het kleinschalig, duurzaam opwekken van (zonne-)energie waarvoor geen rijkssubsidie wordt ontvangen, wordt fiscaal gestimuleerd door invoering van een verlaagd tarief in de eerste schijf van de energiebelasting op elektriciteit die afkomstig is van coöperaties van particuliere kleinverbruikers, aan deze verbruikers geleverd wordt en in hun nabijheid is opgewekt. Deze wordt lastenneutraal gefinancierd door een generieke verhoging van het reguliere tarief in de eerste schijf van de energiebelasting.
•    Om de kostprijs van windenergie op zee versneld omlaag te brengen zal het kabinet samen met energiebedrijven en de Nederlandse offshore industrie initiatieven nemen om de innovatie in deze veelbelovende sector te stimuleren. Met netbeheerders wordt verkend hoe de benodigde transportinfrastructuur voor elektriciteitswinning op zee tot stand kan komen.
•    Elektrisch vervoer biedt veel kansen voor Nederland. Met netbeheerders, energiebedrijven en lokale overheden worden afspraken gemaakt over de laadinfrastructuur om de groei van elektrische mobiliteit verder te stimuleren.

Duurzaam groeien en vernieuwen
•    De positie van Nederland in de top 5 van de meest concurrerende economieën moet de komende jaren verankerd en versterkt worden. Ons land heeft daarvoor een uitstekende uitgangspositie met zijn innovatieve bedrijven en excellente kennisinstellingen.
•    De innovatiekracht van het bedrijfsleven, de kennisinstellingen en de overheid zal optimaal worden gericht op de transitie naar een duurzame economie en groene groei, mede met het oog op versterking van het concurrentievermogen van de Nederlandse economie. Wij zorgen er voor dat de overheid daarbij een betrouwbare partner is die weet wat ze wil bereiken, besluitvaardig is en in staat vast te houden aan de ingeslagen koers.
•    De succesvolle samenwerking tussen bedrijfsleven, wetenschappelijke instellingen, regio’s en overheid, in het kader van het topsectorenbeleid, wordt voortgezet en in het nieuwe financiële kader ingepast.
•    Via NWO blijft 275 miljoen beschikbaar voor programmatisch onderzoek voor de topsectoren, waarbij de publiek-private samenwerking voor excellent fundamenteel onderzoek wordt voortgezet.
•    Er komt 150 miljoen extra beschikbaar voor versterking van het fundamenteel onderzoek, waarvan 50 miljoen door herprioritering. Een substantieel deel zetten we in om te kunnen meedingen voor extra middelen uit het Europese onderzoeksprogramma Horizon 2020. Door verschuiving maken we 110 miljoen vrij om samenwerking tussen bedrijven en kennisinstellingen verder te stimuleren. Hier staat tegenover dat generieke (fiscale) subsidies worden verlaagd.

(Visited 2 times, 1 visits today)