Chemie versus bacterie, # 69. De toekomst van de farma in drie bedrijven, no. 1. Meer van hetzelfde

Hoe ziet de toekomst van de farma eruit? Tot nu toe hadden we het makkelijk, met het beschrijven van de historie. Nu wordt het pas moeilijk. En er staan veel onderwerpen op de agenda. Zoals de gezondheidswinst die we in de waagschaal hebben gesteld door onverantwoord gebruik van op zich zeer goede geneesmiddelen. Zoals akelige infecties van 100 jaar geleden die nu weer de kop opsteken. Nog steeds hebben we te kampen met ziektes als kanker die we niet echt onder controle krijgen; of misschien zijn we wel helemaal op het verkeerde spoor beland bij de behandeling. Dementie en Alzheimer worden steeds belangrijker. Maar toch, we kunnen veel. Kijk naar de snelheid waarmee de vaccins voor Covid-19 beschikbaar kwamen. En toch is er één probleem dat we steeds maar niét oplossen, terwijl we dat wel zouden kunnen doen: ons arsenaal aan geneesmiddelen te beschikking stellen van iedereen op deze planeet.

Project ‘100 jaar antibiotica’
Aflevering 67. Technologische ontwikkeling, grote veranderingen
Aflevering 68. Grenzen aan de gezondheidszorg
Aflevering 69. De toekomst van de farma in drie bedrijven, no. 1. Meer van hetzelfde
Aflevering 70. De toekomst van de farma in drie bedrijven, no. 2. De beloftes van de biologie
Aflevering 71. De toekomst van de farma in drie bedrijven, no.3. Naar een holistische benadering

farma
Italiaanse farmaceutische vaas. Museo scienza tecnologia Milano. Foto: Wikimedia Commons

Winst voor wie?

Voordat Italië toetrad tot de Europese Unie was een octrooi op geneesmiddelen in dat land niet mogelijk. De overweging: het is onethisch om aan zieke mensen te verdienen. Het resultaat was een bloeiende Italiaanse geneesmiddelen-industrie. Iedereen kon er zonder veel juridische problemen andermans uitvindingen toepassen en benutten. De grote farmaceuten van toen klaagden steen en been, maar deden uiteindelijk volop mee. De winstmarges werden met dubbele cijfers geschreven en het beeld van ‘big farma’ als gulzige winstmaker viel nog weg in de schaduw van de grote winst op gezondheid en kwaliteit van leven.

In de laatste twee decennia van de vorige eeuw is dat beeld gekanteld; vooral bij het grote publiek. De winstmarges bij de grote ondernemingen liggen rond de 10% of lager, de prijzen voor nieuwe middelen zijn soms belachelijk hoog opgeschroefd en de therapeutische winst van veel van deze nieuwe middelen is discutabel. De overwegingen in de directiekamers zullen vaak zijn:
– de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen wordt alleen maar duurder
– en het duurt ook steeds maar langer om iets winstgevends te vinden (waar blijft onze nieuwe blockbuster?)
– de eisen van overheden en verzekeringsmaatschappijen worden almaar zwaarder
– generieke medicijnen, vooral die uit India en China, dwingen ons steeds weer naar nieuwe en onzekere markten
– de onderzoekers schetsen ons fantastische panorama’s, maar waar halen we de miljarden vandaan om die vergezichten in medicijnen om te zetten.

Gezondheidswinst van farma

Het woord gezondheidswinst komt nauwelijks voor. Terwijl de goedkope generieke medicijnen uit Z.O. Azië de toegang tot goede geneesmiddelen hebben vergroot voor veel mensen: van ca. 2 miljard in 1980 tot meer dan 6 miljard in 2020. En dat door hun eigen concurrentiekracht, niet doordat we de dure westerse fabrieken hebben verplaatst naar die landen. ‘Het kopen van de kant-en-klare geformuleerde medicijnen in Amerika, Europa of Japan is onbetaalbaar duur. Dat kunnen we beter zelf gaan doen. Veel aanloopkosten kunnen we dekken op de grote eigen thuismarkten; en met export naar de Westerse markten kunnen we onze economie een flinke oppepper bezorgen.’ ‘Big farma’ had en heeft nauwelijks oog voor het beschikbaar maken van het basisarsenaal aan geneesmiddelen voor het arme deel van de wereldbevolking. De generieke industrie heeft het voor hen (ons) gedaan. Maar waarom zouden we niet 5% van elk budget dat wordt toegekend voor onderzoek aan Alzheimer, beschikbaar stellen voor de productie van bestaande geneesmiddelen? Ten behoeve van door de VN aangewezen arme landen of conflictgebieden?

Immortality bioscienc
Immortality bioscience. Beeld: Wikimedia Commons.

Angst voor de dood

Met alle aandacht voor de bestrijding van Covid-19 zijn de berichten over ouder worden dan 100  jaar wat uit de pers verdwenen. Maar dat onze kinderen en kleinkinderen mogen hopen op het halen van een leeftijd van 125 of zelfs 150 jaar, is nog steeds een thema. Niet verwonderlijk, want de angst voor de dood is groot; het lijkt wel alsof deze wordt groot gehouden. Zie onze columns over gezond-oud-worden-en-de-wetenschap-van-het-eeuwige-leven uit 2018. Er zijn vele onderwerpen van onderzoek op dit gebied. Projecten als Healthy Ageing (bijvoorbeeld in Nederland), waar kwaliteit van leven bij ouder worden voorop staat. Tot aan onderzoek naar levensverlenging bij huisdieren in de VS; met als doel bij goede resultaten de vertaalslag naar de baasjes te maken. Vooral het laatste heeft meer weg van een verdienmodel dan van het zoeken naar gezondheidswinst. Voor de gezondheidseconomen is de oude mens een zeer interessant doel. Zij vormen 80 tot 90% van de afnemers van hun producten; en ze zijn koopkrachtig, dus daar moet je zijn met je plannen voor de toekomst. Immers, 90% van onze bestedingen aan bestrijding van ziektes en kwaaltjes geven we uit in de laatste 10% van onze levensdagen.

Neem de studie Visualizing the Future of the Pharma Market (visualcapitalist.com). Het begint ermee dat we in 2050 met meer dan 2 miljard 60-plussers zullen zijn. In de VS, en daar richt de studie zich eigenlijk vooral op, zal het aantal 65-plussers boven de 100 miljoen raken; meer dan 25% van de totale bevolking. De wereldwijde verkopen aan geneesmiddelen zijn afgelopen jaar (2021) de $1000 miljard gepasseerd; en deze studie verwacht dat dit in 2024 al $1250 miljard zal zijn. Groeipercentages bedragen zo’n 6% per jaar; toch nog bescheiden ten opzichte van die van de afgelopen 50 jaar.

farmaMiddelen tegen kanker

Verreweg de meeste aandacht gaat uit naar de ontwikkeling van middelen tegen kanker. Nu al is dit verreweg het grootste segment van de wereld-farmamarkt: 15% in 2021 en naar verwachting zelfs 20% in 2024. Daarna komen de middelen tegen reuma (stabiel op 8%), tegen suikerziekte (van 6 naar 5%) en bestrijdingsmiddelen tegen virussen (afnemend van 5% naar 4%; maar deze studie is van voor de Covid pandemie!). De grootste groei in de komende jaren verwacht deze studie van de middelen tegen kanker (met meer dan 12% per jaar) en daarmee samenhangend van de middelen tegen huidaandoeningen (ook meer dan 12% per jaar). De middelen die het immuunsysteem onderdrukken (een plus van 15% per jaar) scoren nog iets hoger. De  verwachte toename in orgaantransplantaties is hiervan de oorzaak. Bij geen van de overige categorieën komen de verwachtingen uit boven de 10% groei per jaar.

Veelzeggend is ook het aantal middelen tegen kanker; zowel de middelen die al op de markt zijn, als die nog in de pijplijn zitten. Volgens deze studie: er zijn meer dan 4.000 middelen op de markt en ruim 5.000 in de pijplijn. Veel groter dan in welke andere geneesmiddelengroep ook. Maar de cijfers zijn ook veelzeggend over de stand van zaken in de strijd tegen kanker. De studie sluit af met de voorspelling dat in 2024 van elke $5 uitgegeven aan medicijnen op recept, $1 voor behandeling van kanker zal zijn. Meer van hetzelfde!

(Visited 11 times, 1 visits today)

Plaats een reactie